Laten we het eens hebben over de verschillende onderwijsvormen in België. Laten we beginnen met het lokale schoolsysteem. In Franstalig België kun je ervoor kiezen om je kind naar een officiële school te sturen, d.w.z. een school georganiseerd door de staat, een vrije school of een openbare school. Vrije scholen bieden religieus onderwijs en zijn gratis.
Afhankelijk van de leeftijd of de specifieke situatie van de leerling/student zijn er 7 soorten onderwijs
- gewoon basisonderwijs (kleuter- en lagere school)
- regulier secundair onderwijs
- hoger onderwijs,
- sociaal onderwijs,
- speciaal onderwijs,
- kunstonderwijs met een verminderd rooster,
- afstandsonderwijs (EAD).
De kleuterschool duurt 3 jaar en is facultatief. Op 6-jarige leeftijd gaan kinderen naar de basisschool, die 6 jaar duurt:
- Basisschool 1 (6-7 jaar)
- Tweede basisschool (7-8 jaar)
- Basisschool 3 (8 – 9 jaar)
- Basisschool 4 (9 – 10 jaar)
- Basisschool 5 (10 – 11 jaar)
- Basisschool 6 (11 – 12 jaar): In deze laatste klas leggen de kinderen het examen af voor het basisonderwijsgetuigschrift, dat nodig is om naar de volgende klas te gaan.
Op 12-jarige leeftijd gaan Belgische kinderen naar de middelbare school, die uit twee cycli bestaat:
- Lagere cyclus: eerste middelbare school (12 – 13 jaar), tweede middelbare school (13 – 14 jaar) en derde middelbare school (14 – 15 jaar).
- Hogere cyclus: vierde middelbare school (15-16 jaar), vijfde middelbare school (16-17 jaar), zesde middelbare school (17-18 jaar).
Net als in Frankrijk is het mogelijk om technisch, artistiek of beroepsonderwijs te volgen. Na het afronden van de middelbare school ontvangen studenten een certificaat van tweede hoger onderwijs (Certificat d’Enseignement Secondaire Supérieur), het equivalent van een Frans baccalaureaat.
